De schouder

De schouder is het flexibelste gewricht van het menselijk lichaam. De schouder bestaat uit drie echte gewrichten en twee kleine gewrichten. De drie echte gewrichten zijn het schoudergewricht, het acromioclaviculaire gewricht (AC-gewricht) en het gewricht tussen het borstbeen en het sleutelbeen. Gewrichten hebben een soort opening tussen de daartoe behorende boteinden en een kraakbeen dat zeer goed bestand is tegen grote druk. De beide kleine gewrichten (zijverbindingen) geven de schouder nog meer bewegingsvrijheid. De slijmbeurzen zorgen eveneens voor de nodige bewegingsvrijheid.

De schouder wordt meestal in stand gehouden door de omliggende spieren en een aantal pezen en ligamenten waardoor de schouder ook kan bewegen. Deze constructie van de schouder maakt het mogelijk om de arm bijna in alle richtingen te draaien. Tegelijkertijd maakt ze de schouder echter ook kwetsbaar voor letsel.

Algemene informatie over pijn

Wanneer acute pijn optreedt, wijst dat er meestal op dat het lichaam te maken heeft met ziekte of letsel. Pijn heeft een belangrijke waarschuwingsfunctie voor uw lichaam. Acute pijn verdwijnt vaak wanneer de oorzaak van de pijn, bijvoorbeeld letsel, is weggenomen.

Chronische pijn blijft veelal langer aan en treedt vaak opnieuw op. Langdurige pijn kan leiden tot een zelfstandige ziekte, de zogenaamde pijnziekte.

Oorzaken van schouderpijn

Schouderpijn kan verschillende oorzaken hebben. Zo is acute schouderpijn vaak het gevolg van kneuzingen of blauwe plekken door ongevallen of stoten. Letsel aan de rotator cuff, een groep spieren die een soort manchet om de schouder vormt, heeft acute schouderpijn tot gevolg.

Chronische schouderpijn kan ook door spierspanning ontstaan. Spanningen in de nek en de schouder kunnen bijvoorbeeld ontstaan door een eenzijdige houding bij het werk aan een bureau of een computer.

Een andere oorzaak kan slijtage van het schoudergewricht zijn. Bij de zogenaamde omarthrosis (artrose = gewrichtsslijtage) is het laagje kraakbeen op de betrokken botten afgesleten. Daardoor kunnen pijn en mobiliteitsbeperkingen ontstaan.

Het congestie-syndroom (ook bekend als het impingement syndroom) is ook vaak verantwoordelijk voor schouderpijn. Het ontstaat wanneer zenuwen en bloedvaten vastzitten aan het schoudergewricht of over het algemeen niet voldoende ruimte hebben. Dit heeft ook invloed op spieren, pezen en slijmbeurzen die het schoudergewricht ondersteunen en bewegen. Ook actieve atleten die veel werpen (handbal, speerwerpen, etc.) worden vaker getroffen door dit probleem.

Bij stijfheid van de schouder is sprake van een krimp van het gewrichtskapsel. De krimp sluipt er over verschillende fasen geleidelijk in. Verkalking van de schouder ontwikkelt zich ook in de loop van de jaren. Beide aandoeningen verminderen het vermogen van de schouder om te bewegen en nemen toe met de tijd. Samen met de bewegingsbeperking ontstaat pijn in de schouder, die toeneemt naarmate de ziekte vordert.

Ten slotte kunnen reuma, een spierontstekingsziekte en andere aandoeningen schouderpijn veroorzaken. Daarom moet u bij schouderpijn altijd een arts raadplegen om de oorzaak van uw pijn op te helderen en om de noodzakelijke behandelstappen te nemen.

Behandeling van schouderpijn

Afhankelijk van het type pijn en de oorzaken ervan bestaan verschillende behandelingsmogelijkheden, zoals fysiotherapie, medicatie en zelfs een operatie. Uw arts zal de geschiktste behandeling met u bespreken en de bijbehorende mogelijkheden aan u uitleggen.

Behandelingen zoals acupunctuur en ultrasone behandeling worden door steeds meer artsenpraktijken ingezet voor de behandeling van pijn. Of een dergelijke behandeling in uw geval zinvol is en aan de orde is, kan uw arts u vertellen.

TENS kan worden ingezet bij de vermindering van acute en chronische pijn. TENS-apparaten kunnen ervoor zorgen dat de pijn vermindert. Ze kunnen de afgifte van lichaamseigen stoffen die verantwoordelijk zijn voor pijnverlichting, stimuleren.

In het geval van niet-inflammatoire ziekten kan ook warmte helpen bij het verlichten van schouderpijn. Vooral bij gespannen spieren wordt warmtetherapie vaak gebruikt om de spieren te ontspannen en daardoor de pijn aan te pakken.

Voor pijn als gevolg van spanning kan ook een methode zoals biofeedback nuttig zijn. Met biofeedback ontvangt de gebruiker van het apparaat feedback over lichaamsfuncties die anders niet bewust waarneembaar zijn, zoals de spierspanning. Met biofeedback kan dan bewuste ontspanning van de spieren worden geoefend.